Een twaalfjarige verdwaald in Villa Shatterhand

J.M. Bik 1


Door onze correspondent J.M. BIK
DRESDEN, 15 MEI. In het bibliotheekje van een Zuidhollands plattelandsschool staat een rijtje beduimelde boeken van Karl May. Uit hun schutbladen spreekt enige familiegeschiedenis. Want voor de Shatterhand, Surehand, Firehand en Winnetou in het Wilde Westen, en Kara ben Nemsi en Haroen al Rashid 2 in het Midden-Oosten, aan hun avonturen toekomen kunnen de scholieren lezen dat die boeken in de jaren vijftig/zestig achtereenvolgens van wel vijf broers zijn geweest. En zien dat elke volgende broer ooit zijn tijdelijke bezitsrecht geldend maakte door de naam van de oudere broer door te schrappen en er met besliste hanepoten zijn eigen naam voor in plaats te zetten.
De oudere broers kunnen vandaag tevreden constateren dat de scherpte van de latere ballpoint minder is dan die van de eerdere kroontjespen. Een van die (half) broers is onderwijzer geworden, een van de oudere broers journalist. De broedermoord van die schutbladen is intussen in alle opzichten verjaard. Niettemin: er ging, om het in kleedkamertermen te zeggen, wel wat door die journalist heen toen hij vele jaren later langs de Elbe over de Leipziger Strasse en de Meissner Landstrasse van Dresden naar het noordwesten reed, naar het Karl-May-museumpje in Radebeul. Hij reed als het ware door zijn eigen psychische kleedkamer, over een eeuwenoude weg, die omstreeks het jaar 1500 moet zijn aangelegd door Wettinger keurvorsten, wier Saksische residentie destijds Meissen was.
Wat heet, een twaalfjarige reed die 20 kilometer door de zondagochtendregen, over een brede, verwaarloosde klinkerweg naar de Villa Shatterhand. Naar de villa waar de grote auteur-bedrieger zijn prachtige helden en hun exotische belevenissen bedacht en opschreef zonder ooit in Amerika of het Midden-Oosten te zijn geweest. Want daar kwam Karl May (1842-1912) zelf pas veel later aan toe, pas toen hij rijk geworden was van Winnetou’s bezoeken aan miljoenen jongenskamers. Die reizen vielen trouwens tegen, de Amerikaanse en Arabische werkelijkheid hielden, kort na de eeuwwisseling, geen stand tegen Mays in Radebeul en in Saksische gevangenissen gesimuleerde wereld.
Want de voor onderwijzer opgeleide auteur werd in zijn aanvankelijk tragische leven óók geregeld slachtoffer van zijn grote verbeeldingskracht. Hij deed wel zaken onder valse naam, gaf zich ook anderszins wel eens uit voor een ander en hij relativeerde het verschil tussen mijn en dijn soms te sterk. Kortom: voor Karl May als schrijver wereldberoemd werd, bracht hij — in etappes — een kleine tien jaar 3 door in Saksische gevangenissen. Méér nog, de daardoor in het onderwijs gesjeesde, in zijn jeugd een paar jaar blindgeraakte man, werd zo tot het schrijverschap verplicht.
In de spanning tussen jongenskamer en werkelijkheid blijkt ook de Villa Shatterhand enigszins te bezwijken. Wat dat betreft heeft, zeg, het Leidse museum voor land- en volkenkunde meer te bieden. Sinds Egon Erwin Kisch 4 er in 1910 een beleefdheidsbezoek aan de oude May bracht, en daarna vertelt over „veel bric-à-brac” in de woning zelf en een „met Amerikaanse en Aziatische voorwerpen gevuld rariteitenkabinet” in de namaak-blokhut 5 ernaast, is er niet veel veranderd. De tomahawks, beredoders en dubbelsnijdende tijgermessen, de niet zo goed gelukte etalagepoppen van Winnetou en Shatterhand, bevestigen de indruk van een iets betere uitdragerij. Groepjes Japanners en Texanen negeren er deze zondag het fotoverbod op grote schaal. De journalist blijft kijken maar die twaalfjarige loopt alvast naar buiten. Aan de houten kassa kost de entree vijf mark, sinds 1 januari 1993 mogen de bezoekers uit Oost-Europa voor half geld naar binnen. Nog een nieuwe werkelijkheid.
De Duitse geschiedenis bracht mee dat er ook aan de ideologische betekenis van de al bij zijn leven van veel kanten aangevallen Karl May voortdurend, en in wisselende richtingen, is gesjord. Hitler, die in 1912 nog in Wenen moet zijn komen luisteren naar een laatste zelfverdedigingsrede van de schrijvende oude fantast uit Radebeul, was merkwaardigerwijs dol op diens wereld van vaak botte bleekgezichten en ridderlijke roodhuiden als Winnetou. Mays weduwe Klara, zijn tweede vrouw, heeft na 1933 sommige boeken van haar man nog een beetje meer naar Hitlers smaak proberen te herzien. Dat maakte haar man na de oorlog, vijftig jaar na zijn dood, in de DDR extra verdacht.
Dat zou zo blijven tot diep in de jaren zestig, tot Moskou de theorie van twee Duitse staten ging praktiseren en de officieel „verzelfstandigde” DDR dus ook eigen historische wegen naar vroeger, naar Bach 6, Bismarck 7, Luther 8, moest aanleggen. Toen kwam het ook weer goed met Karl May, wiens werk toch nog een mooie sociale lading bleek te hebben (arme Indianen, perfide bleekgezichten).
Intussen gaat het wéér niet goed, althans niet met zijn museum. Want daar is sinds de Duitse eenwording (1990) het loon- en kostenniveau zó gestegen dat het voor een faillissement staat. Weer een nieuwe werkelijkheid: het massablad Bildzeitung is onder zijn lezers een van zijn ‘spontane’ acties begonnen om het museumpje te redden. De agnost May wacht even verderop naast zijn Klara af, in zijn aandoenlijk lelijke, vaag-klassieke nep-mausoleumpje tegen een muur van het kerkhof van Radebeul, waar marmeren engelen de inscriptie zingen: Sei uns gegrüsst! Wir, deine Erdentaten/ erwarten dich hier am Himmelstor;/ du bist die Ernte deiner eignen Saaten/ und steigst mit uns nun zu dir selbst empor. Achter het muurtje rukt een vuilstortplaats op, die jongen van twaalf stapt teleurgesteld in zijn auto.


[1]In: NRC Handelsblad, 15 mei 1993.
[2]Haroen ar-Rasjid (* februari 766 , † 24 maart 809) was kalief uit de dynastie van de Abbasiden. Onder zijn bewind bloeiden kunst en wetenschap. In de sprookjes van „Duizend-en-een Nacht” treedt hij op als wijze heerser, die zijn rijk vaak incognito verkende. Hij onderhield diplomatieke betrekkingen met Karel de Grote en schonk deze de olifant Aboel Abbas (waarvan Karl May een deel van de naam van zijn Hadschi Halef Omar heeft afgeleid). Hij leefde dus een dikke duizend jaar vóór Karl May; de schrijver zal hier wel Hadschi Halef Omar bedoeld hebben, de begeleider van Kara Ben Nemsi.
[3]In werkelijkheid iets meer dan 7½ jaar, 2762 dagen om precies te zijn. In Chemnitz van 8 september tot 20 oktober 1862; in Zwickau van 14 juni 1865 tot 2 november 1868; in Waldheim van 3 mei 1870 tot 2 mei 1874; in Ernstthal van 1 tot 22 september 1879. In die tijd deed men nog niet aan aftrek van voorarrest, zodat er nog zo’n 235 dagen bijkomen (voor zijn eerste gevangenisstraf een onbekend aantal dagen, maar waarschijnlijk niet meer dan tien; voor zijn tweede gevangenisstraf 81 dagen en voor zijn derde gevangenisstraf 24 plus 120 dagen); zelfs als we dat voorarrest erbij tellen, heeft Karl May net iets meer dan 8 jaar achter tralies gezeten, dus lang geen tien, zelfs geen „kleine tien”.
[4]Egon Erwin Kisch (* 29 april 1885 , † 31 maart 1948) was een Tsjechische journalist en auteur, die bekend stond als de „razende reporter uit Praag”. Op 17 oktober 1898 bezocht hij Karl May in Hotel de Saxe in Praag en op 9 mei 1910 in Villa „Shatterhand”. Zijn verslag van dat laatste bezoek publiceerde hij op 15 mei 1910 onder de titel „In der Villa »Shatterhand«. Ein Interview mit Karl May” in de Duitstalige krant Bohemia; in 1925 volgde een uitgebreidere versie hiervan in zijn boek „Der rasender Reporter”, nu onder de titel „Im Wigwam Old Shatterhands”.
[5]De „namaak-blokhut”, bij vriend en vijand beter bekend onder de naam Villa „Bärenfett”, staat pas sinds 1928 achter Villa „Shatterhand” (en niet ernaast)!
[6]Johann Sebastian Bach (* 21 maart 1685 , † 28 juli 1750) was een Duits componist van barokmuziek, organist, klavecinist, violist, muziekpedagoog en dirigent. Bach wordt door de meeste muziekwetenschappers beschouwd als een van de grootste en invloedrijkste componisten uit de geschiedenis van de klassieke muziek, vanwege de inventiviteit waarmee hij melodie, harmonie en ritme, maar ook diverse muziekstijlen uit zijn tijd en dansvormen combineerde, hetgeen vele componisten na hem inspireerde en wat zij ook trachtten te evenaren. Officieel heeft hij 1128 werken geschreven, genummerd van BWV (Bach-Werke-Verzeichnis) 1 t/m BWV 1128: 224 cantates, 7 motetten, 11 missen, 7 oratoria, 189 vierstemmige koralen, 86 liederen en aria’s, 247 orgelwerken, 223 klavecimbelwerken, 46 kamermuziekstukken, 31 orkestwerken en 57 overige werken. Van al die werken zijn „Das wohltemperierte Klavier”, „Die Kunst der Fuge”, de „Johannes-Passion” (BWV 245) en de „Matthäus-Passion” (BWV 244) de bekendste.
[7]Otto von Bismarck (voluit: Otto Eduard Leopold von Bismarck-Schönhausen, vanaf 1865 Graf von Bismarck-Schönhausen, vanaf 1871 Fürst von Bismarck, vanaf 1890 ook Herzog zu Lauenburg, * 1 april 1815 , † 30 juli 1898), was minister-president van Pruisen van 1862 tot 1890, bondskanselier van de Noord-Duitse Bond van 1867 tot 1871 en van 1871 tot 1890 de eerste rijkskanselier van het Duitse Rijk, dat op zijn instigatie tot stand was gekomen.
[8]Martin Luther (in Nederland Maarten Luther genoemd; * 10 november 1483 , † 18 februari 1546) was een Duits protestantse theoloog en reformator. Hij begon zijn carrière in 1506 als augustijner broeder en ontving een jaar later het sacrament van de priesterwijding. In 1508 werd hij benoemd tot hoogleraar in de moraaltheologie aan de Universiteit van Wittenberg en ontwikkelde hij zich gaandeweg tot de leidende persoonlijkheid van de Reformatie in het Duitse Rijk. Het in een brief aan aartsbisschop en kardinaal Albrecht van Brandenburg (* 28 juni 1490 , † 24 september 1545) opstellen van zijn academische stellingen tegen de handel in aflaten, op 31 oktober 1517, is het symbolische begin van het protestantisme. In 1521 werd Luther door paus Leo X (geboren als Giovanni de’ Medici, * 11 december 1475 , † 1 december 1521, paus van 1513 tot 1521) geëxcommuniceerd. Zijn nieuw bedachte religie maakte het hem op 13 juni 1525 eindelijk mogelijk om met zijn grote liefde Katharina von Bora (* 29 januari 1499 , † 20 december 1552), een uitgetreden cisterciënzer non, in het huwelijk te treden.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website