Axel Schulze-Thulin ‘ambassadeur’ der Indianen in Bonn:

Winnetou was een keiharde guerillastrijder


door Bert Stoop 1


Er is een tijd geweest, dat er elke maand minstens één nieuwe ambassade bijkwam in de Westduitse hoofdstad Bonn of een der aangrenzende tuinsteden.
Dat was toen de onafhankelijkheidsexplosie in Afrika de bondspresident dwong thuis te blijven om de geloofsbrieven van al die exotische Afrikaanse diplomaten in ontvangst te kunnen nemen.
De laatste tijd is de aanloop van ambassadeurs van nieuwe staten iets geluwd in het nu 103 diplomatieke missies rijke Bonn. Vorige week meldde de serieuze ‘Frankfurter Allgemeine Zeitung’ in een bericht van acht regels echter de komst van een nieuwe ambassade, een heel bijzondere, hoewel officieuze.

In het dorp Unkel aan de Rijn, schuin tegenover Bonn, aldus de Westduitse ‘Times’, is nu gevestigd het verbindingsbureau van het ‘National Congres of American Indians’ in Europa.
Na lang zoeken (want de vertegenwoordiging van de Amerikaanse Indianen komt niet voor op de lijst van het Corps Diplomatique van Bonn) is het me gelukt de man te ontmoeten, die zich tooit met de titel van officieus ambassadeur van Winnetou’s nageslacht.
Het is de 31-jarige econoom A x e l  S c h u l z e -T h u l i n 2, zelf weliswaar een bleekgezicht van Duitsen bloede, maar in zijn vrije tijd een vurig pleitbezorger van 800.000 Noordamerikaanse roodhuiden.
De heer Schulze-Thulin is bestuurslid van de I.F.I., de ‘Interessengemeinschaft für Indianerkunde’, een organisatie, die 600 leden in heel Europa telt. Hij werkt aan een proefschift over ‘De handelsbetrekkingen van de Iroquois’.


Toeristen op bezoek in een reservaat in Montana. De blanke man met het lange
witte haar in het midden is getrouwd met de Indiaanse vrouw aan zijn rechterhand.


In New York

‘Deze Indianenstam,’ zo verduidelijkt hij, ‘bevolkte in vroeger eeuwen het gebied van de tegenwoordige staat New York. De Iroquois stonden op het toppunt van hun economische macht bij de komst van de Nederlanders. Ze ruilden huiden voor geweren. Met die (Nederlandse) geweren vochten ze later tegen de Fransen en nog later mét de Engelsen tegen George Washingtons troepen. De Iroquois kregen het in de vorige eeuw hard te verduren, doordat ze als handelsspecialisten verleerd hadden hoe ze zich het best tegen de blanke overheersers konden verdedigen.
Uit deze wetenschappelijke benadering van Indianenproblemen hebt u natuurlijk al begrepen, dat de ‘Interessengemeinschaft für Indianerkunde’ toch wel een serieuze club is.
‘Ons doel is,’ zegt de heer Schulze-Thulin, ‘het scheefgetrokken beeld, dat men van de Indianen heeft, te revideren en daarnaast financiële en morele steun te verlenen aan de Noordamerikaanse Indianen.’
Nu zou men verwachten, dat vooral het Duitse volk een grondige kennis van de Indianenstammen heeft. Ten slotte was Karl May een Duitser en zijn boeken hebben in zijn vaderland een oplage bereikt, waaraan Goethe 3, Schiller 4 en Hitler nooit hebben kunnen tippen.

Bleekgezicht Axel Schulze-Thulin (rechts) vurig pleitbezorger van Winnetou’s nageslacht, dat in Noord-Amerika nog voor een groot deel in ellende leeft.

Karl May-mythe

De heer Schulze-Thulin schudt mistroostig het hoofd bij deze opmerking.
‘Natuurlijk kunnen wij niet over het hoofd zien, dat de Indianen hun populariteit in Duitsland te danken hebben aan Karl May. Maar de manier, waarop hij de oorspronkelijke bewoners van Amerika beschreef, klopte niet met de werkelijkheid.
May stelde ze te kinderlijk en romantisch voor. Een goed voorbeeld is Winnetou. Waarschijnlijk heeft voor deze roman-figuur ene Geronimo 5 model gestaan. Geronimo was een Apachen-opperhoofd, dat tussen 1860 en 1880 zijn grootste triomfen vierde. Zoals alle Apachen was hij echter beslist niet zo’n ridderlijke en sympathieke strijder als de boeken-Winnetou.
Hij was meer een bikkelharde guerrilla-strijder van het slag van Che Guevara 6. Dit ene voorbeeld illustreert voldoende, dat het noodzakelijk is af te rekenen met de zoete idealiserende voorstelling, die Karl May van de Indianen heeft gegeven. Ons werk zou men daarom een afrekening met de Karl-May-mythe en een morele ‘Wiedergutmachung’ aan de onderdrukte Indianen kunnen noemen.’

Slecht aan toe

‘De 600.000 Indianen in de V.S. zijn er vaak nog slechter aan toe dan de negers,’ vertelt de heer Schulze-Thulin. Vierhonderdduizend leven er in reservaten. De anderen lijden vaak grote armoede in de achterbuurten der grote steden. De Indianen willen het liefst in de reservaten blijven. Ze willen niet geïntegreerd worden, maar eisen wél s o c i a l e gelijkberechtiging. Sinds president Kennedy 7 is er wel iets verbeterd, maar er moet nog ontzettend veel gedaan worden Het komt nu aan op een grootscheepse ontwikkelingshulp aan de Indianen.
Om een paar voorbeelden te noemen: het aantal t.b.c.-gevallen onder de Indianen is vijfmaal zo hoog als onder de rest der Amerikaanse bevolking. De gemiddelde leeftijd bedraagt 44 jaar – van de overige Amerikanen 65. Het analfabetisme is schrikbarend groot. want tien percent van alle Indianenkinderen bezoekt geen school en vijftig percent minder dan vier klassen. De werkloosheid is tienmaal groter dan onder andere Amerikanen. De helft van hen, die een baan hebben, moeten rondkomen van minder dan 2000 dollar per jaar.
De heer Schulze-Thulin, wiens belangstelling voor de Indianen niet door Karl May maar tijdens zijn studie door de originele handelsmethoden van de Iroquois werd gewekt, weet alles van de levenswijze der roodhuiden nu.
‘Veel leden van de roemruchte Mohawk-stam bij voorbeeld zijn tegenwoordig werkzaam in hoogbouwconstructies omdat ze nooit duizelig worden en geen hoogtevrees hebben.’
Omdat er in Canada ook nog 200.000 afstammelingen der Navajo, Mohawk en Iroquois leven, vertegenwoordigt de officieuze ambassadeur der Noordamerikaanse Indianen in Unkel bij Bonn méér mensen dan enkele officiële collega’s, wier naam wèl op de lijst van het Corps Diplomatique voorkomen.


[1]In: Het Vrije Volk : democratisch-socialistisch dagblad, 12 juli 1968.
[2]Axel Schulze-Thulin (* 7 april 1938) is een Duits econoom, etnoloog en schrijver van diverse boeken over indianen. Sinds 1972 was hij curator van het Linden Museum in Stuttgart en sinds 1973 voorzitter van de German American Indian Group. Zijn bekendste publicaties over indianen en indianistiek zijn: „Intertribaler Wirtschaftsverkehr und kulturökonomische Entwicklung”, „Im Zeichen des Jaguars. Indianische Frühkulturen in Alt-Peru”, „Indianer der Prärien und Plains: Reisen u. Sammlungen d. Herzogs Paul Wilhelm von Württemberg (1822 - 24) u. d. Prinzen Maximilian zu Wied (1832 - 34) im Linden-Museum Stuttgart”, „Een museum Drie Continenten Kunst uit Afrika, Oceanië, Amerika. Etnografische verzameling van het Linden-Museum van Stuttgart. Tentoonstellingskatalogus Paleis voor schone kunsten, Brussel 23.6 -25.9.1983” (met Hans Joachim Koloss en Ingrid Heermann), „Inuitkunst. Kunst der Eskimo. Stein. Elfenbein. Knochen. Geweih”, „Linden-Museum Stuttgart. Amerika-Abteilung. Mit sehr zahlr. teilw. farbigen Abb. und Karten”, „Indianer des Westens Nordamerikas (1870-1900) ”, „Indianer der Urzeit. Die Clovis-Periode in Nordamerika” en „Indianische Malerei in Nordamerika. Prärie und Plains, Südwesten, Neue Indianer”.
[3] Johann Wolfgang Goethe (* 28 augustus 1749 , † 22 maart 1832; sinds 1782 von Goethe) was de grootste dichter en dramaturg die Duitsland ooit gekend heeft; daarnaast was hij wetenschapper, romanschrijver, filosoof, natuuronderzoeker en staatsman. Bekende werken van hem zijn (o.a.) „Heidenröslein”, „Wandrers Sturmlied”, „Götz von Berlichingen”, „Die Leiden des jungen Werthers”, „Egmont”, „Iphigenie auf Tauris”, „Torquato Tasso”, „Der Erlkönig”, „Römische Elegien”, „Reineke Fuchs”, „Wilhelm Meisters Lehrjahre”, „Xenien” (samen met Friedrich (von) Schiller);, „Faust. Eine Tragödie”, „Hermann und Dorothea” „Pandora”, „Wilhelm Meisters Wanderjahre”, „Die Wahlverwandtschaften”, „Zur Farbenlehre”, „Aus meinem Leben. Dichtung und Wahrheit”, „Italienische Reise”, „Über Kunst und Altertum”, „West-östlicher Divan”, „Marienbader Elegie”, „Faust. Der Tragödie zweiter Teil” en „Einzelnheiten, Maximen und Reflexionen”.
[4]Friedrich Schiller (voluit: Johann Christoph Friedrich Schiller, * 10 november 1759 , † 9 mei 1805; sinds 1802 von Schiller) was een Duitse arts, historicus, dramaturg, dichter en filosoof. Bekende werken van hem zijn (o.a.) „Die Räuber”, „Die Verschwörung des Fiesco zu Genua”, „Kabale und Liebe”, „An die Freude”, „Don Karlos”, „Die Götter Griechenlandes”, „Geschichte des Abfalls der vereinigten Niederlande von der spanischen Regierung”, „Geschichte des Dreißigjährigen Kriegs”, „Hektors Abschied”, „Die Kraniche des Ibykus”, „Der Ring des Polykrates”, „Die Bürgschaft”, „Das Lied von der Glocke”, „Wallenstein-Trilogie” (=„Wallensteins Lager”, „Die Piccolomini” en „Wallensteins Tod”), „Maria Stuart”, „Die Jungfrau von Orléans”, „Die Braut von Messina” en „Wilhelm Tell”.
[5]Goyaałé („Hij die geeuwt”, door de blanken verbasterd tot „Geronimo”, * 16 juni 1829 , † 17 februari 1909) het opperhoofd van de Chiricahua-Apaches. Hij ontsnapte diverse keren uit het reservaatje dat door de Amerikaanse regering aan de Chiricahuas was toegewezen, tot hij zich uiteindelijk in september 1886 met slechts 35 medestrijders moest overgeven aan een meerderheid van 5000 Amerikaanse soldaten onder kolonel Nelson A. Miles, waarna de alle Chiricahuas naar Arizona en later naar Oklahoma werden gedeporteerd.
[6]Che Guevara (geboren als Ernesto Guevara, * 14 mei of 14 juni 1928 , † 9 oktober 1967) was een Argentijns marxistisch revolutionair en Cubaans guerillaleider. Na het „succes” van de revolutie op Cuba, verliet Guevara dat land in 1966 om de communistische revolutie in andere landen te verspreiden, eerst in de Democratische Republiek Congo en later in Bolivia, waar hij op 8 oktober 1967 werd gearresteerd door het Boliviaanse leger en een dag later geëxecuteerd.
[7]John Fitzgerald Kennedy (* 29 mei 1917 , † 22 november 1963) was van 20 januari 1961 tot 22 november 1963 namens de Democratische Partij de 35e president van de Verenigde Staten.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website