Opnieuw populair

KARL MAY


anoniem 1


Karl May, de schrijver uit Radebeul bij Dresden, wordt opnieuw gelezen, zijn boeken bereiken recordoplagen. De producenten van grammofoonplaten zijn hand in hand met de filmproducers aan het werk getogen en ook zij boekten succes. De eerste Karl Mayfilms doen de bioscooptheaters vol stromen, Karl Mayliedjes bezorgden de muziekapparaten een grote toeloop. En thans ontstaat te Bamberg een Karl May museum. Nog zijn de Indianengewaden, veren en tomahawks, buksen en mokassins in twee lokalen van een clubhuis ondergebracht, maar de Karl May uitgeverij wil spoedig de collectie voor het publiek toegankelijk maken.

Museum in aanbouw

De archivaris van Bamberg kan over de collectie veel vertellen. Eens, zo verneemt men, kwam een artist, Patty Frank 2 genaamd, zijn grote Indianenverzameling ruilen voor levenslang onderdak in „Villa Shatterhand” bij Radebeul. Later arriveerde een Amerikaan om hier te bouwen en zich te vestigen, ook hij bracht allerlei Indiaanse voorwerpen mee. De hoge bouwprijzen schrikten hem af en hij verdween weer naar de VS. Zijn verzameling liet hij echter achter, deze vormt nu de basis van het museum. Ook deze bewonderaar van May wil, wanneer het hem eens slecht gaat, zijn collectie voorgoed afstaan in ruil voor levenslang onderdak in de nabijheid van zijn verzameling. Als alles vlot verloopt zal het Karl May museum (Hainstrasse 37 te Bamberg) de moeite waard worden. Er komt een 3 zal niet ontbreken. Reeds nu, terwijl het museum nog in aanbouw is, komen er elke maand al 500 bezoekers. Zelfs uit Togo en andere Afrikaanse landen. Hetgeen verbazingwekkend is want er is nog nimmer een Mayboek in het Afrikaans 4 vertaald.
Een borstbeeld van Karl May kijkt neer op de bezoekers, die de sieraden en de wapens der Indianen bewonderen. En af en toe kan men de bezoekers geestdriftig „Ugh” horen roepen. Het beste bewijs dat zij de boeken van Karl May goed gelezen hebben.



[1]In: Op den Uitkijk: Tijdschrift voor het Christelijk gezin, 16 november 1963.
[2]Patty Frank (artiestennaam van Ernst Johann Franz Tobis, * 19 januari 1876 , † 23 augustus 1959), was een Duits artiest en indianendeskundige. In 1928 opende Villa „Bärenfett” in de tuin van Villa „Shatterhand” haar deuren als Karl-May-Museum (later: Indianenmuseum), waarvan hij tot zijn dood in 1959 directeur bleef; het museum was en is nog steeds gebaseerd op de enorme collectie indianica van Patty Frank.
[3]Hier ontbreekt helaas een onbekend aantal regels.
[4]Afrikaans is een van de talen die in Zuid-Afrika en Namibië gesproken worden; het lijkt meer dan onwaarschijnlijk dat een Togolees uit de voeten zou kunnen met een vertaling in deze taal.
Overigens is het bezoek van een Togolees helemaal niet zo vreemd, want men moet in gedachten houden dat Togo van 1884 tot 1916 een Duitse kolonie was, dus een wat oudere Togolees zal wellicht nog Duits hebben geleerd op de scholen die zendelingen en missionarissen stichtten. Na de gedwongen overname van het oostelijk deel van de kolonie door de Fransen in 1916 werd de Duitse taal verboden, maar na de onafhankelijkheid in 1960 leefde het Duits weer op: op middelbare scholen leert momenteel ongeveer 41% van de leerlingen Duits als tweede vreemde taal en aan de universiteit van Lomé kan men germanistiek studeren.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website