Vijftig jaar geleden stierf Karl May

Het grootste deel van zijn leven werd hij door het noodlot achtervolgd

Zijn boeken werden erdoor beïnvloed


H. C. Everhard 1


Een halve eeuw geleden, op 30 maart 1912, overleed op zeventigjarige leeftijd Karl Friedrich May. Zestien jaar later, in 1928, werd te Radebeul bij Dresden een Karl May museum ingericht, waar vele bezittingen van de schrijver werden ondergebracht. Intussen had May zich echter ever de gehele wereld musea verworven: in de hoofden en harten van hen die in hun jeugd meeleefden met de avonturen van de helden van deze schrijver. Wie kent ze niet: Old Shatterhand, Winnetou, Kara ben Nemsi? Om slechts de bekendsten te noemen. Rond de schrijver zijn heel wat anekdoten en is veel geheimzinnigheid ontstaan. Deskundigen beweren dat het meeste van wat hij vertelt over de volken die hij beschrijft, waaronder vooral de Indianen van Noord Amerika, met de werkelijkheid overeenstemt.
Daartegenover staat dat vrij algemeen wordt aangenomen dat hij zijn studeerkamer nauwelijks heeft verlaten en dat zijn ruim vijfenzeventig boeken voornamelijk op een rijke fantasie, een grote belezenheid en een sterk gevoel voor rechtvaardigheid berusten.
Opmerkelijk is intussen dat zich in het museum, naast vele voorwerpen die later aan de waardevol geworden collectie zijn toegevoegd, ook de buksen bevinden, die zo’n grote rol spelen in zijn werk: Henrybuks, Berendoder en Zilverbuks. Waren deze al in het bezit van de schrijver en heeft hij er zijn rijke fantasie omheen laten spelen? Of heeft hij ze zelf meegebracht uit het land waar vele van zijn verhalen zich afspelen?
Ook over het voor en tegen van Mays verhalen voor de jeugd is heel wat gestreden. Waarbij voor de tegenstanders, die hun argumenten ter tafel brengen, de kwade kanten die aan zijn levenswandel zouden zitten, zwaar wegen. Zoals de diefstal van talk van kerstkaarsen uit de kerk, hetgeen hem op verbanning van school kwam te staan en het niet teruggeven van een geleend horloge, wat hem celstraf bezorgde.
In hoeverre berust dit op waarheid? Het doet er eigenlijk zo weinig toe, maar een levensloop zoals die van Karl May wordt verteld, zou veel kunnen verklaren omtrent de houding van de figuren in zijn verhalen. Strijd tegen onrecht, overwinning van het goede en bestraffing van het kwade.

Moeilijke jeugd.

Ziehier dit leven zoals het zich moet hebben afgespeeld. Karl May werd op 25 februari 1842 als vijfde van veertien kinderen van een arm weversgezin in Hohenstein-Ernstthal in Saksen geboren. Een gezin, waar de honger als vaste gast aan tafel zat. Direct na zijn geboorte werd de kleine Karl ziek en het zag er naar uit dat hij zijn verdere leven als blinde zou moeten slijten.
Maar het geluk was met hem. De armoede dwong de moeder mee te gaan werken voor het onderhoud van het gezin. Zij bekwaamde zich daarom als vroedvrouw en kwam als zodanig in contact met een arts in Dresden. Deze verklaarde zich bereid haar zoon, zonder kosten, te helpen en na drie operaties had de toen vijfjarige Karl het licht in zijn ogen terug.
De jongen bleek over een helder verstand te beschikken en besloten werd hem onderwijzer te laten worden, hoeveel opofferingen dit ook zou kosten. Door een kerkelijke ondersteuning werd hij in een seminarium in Waldenburg geplaatst, waar hij één der ijverigste en beste leerlingen was.
Toen sloeg het noodlot toe. Het gezin was zo arm, dat men zelfs geen kerstkaars kon kopen voor het seminarie van Karl. Daar deze niet met lege handen wilden komen, nam hij wat kaarsvet uit de kerk mee. De jongen werd uitgelachen en toen was uitgezocht wat er was gebeurd, werd hij met schande overladen weggestuurd. Voor Karl May stortte de wereld ineen. Weliswaar werd hem toegestaan in Plauen verder te studeren, maar de gebeurtenis zou een schaduw werpen over zijn gehele leven.

Onderwijzer.

In Chemnitz aanvaardde hij zijn eerste betrekking als onderwijzer. Een eigen kamer kon hij echter niet betalen, hij moest deze delen met een boekhouder 2, die het weinig op de arme kamergenoot had voorzien. Hij besloot hem een poets te bakken en zich aldus van de onderwijzer te ontdoen Karl beschikte niet over een zakhorloge, zijn kamergenoot had er twee en stond er grootmoedig een hem af. Karl was er dolgelukkig mee.
Groot was echter zijn ontsteltenis toen hij, na de kerstvakantie in Dresden 3 terugkerend, daar politie vond die hem arresteerde. De boekhouder had aangifte gedaan van diefstal van een horloge. Natuurlijk ontkende Karl heftig het uurwerk te hebben ontvreemd, maar toen de rechtbank uit de stukken vernam dat hij al eens van school was gestuurd wegens wangedrag, werd hij tot gevangenisstraf veroordeeld.

Eindelijk erkenning.

Gebroken kwam bij uit de cel. En het noodlot bleef hem volgen, hij werd door zijn omgeving gewantrouwd en zijn vermeende misstap kon geen genade vinden. Van vertwijfeling werd hij zenuwziek en besloot zijn vaderland te ontvluchten. Als zeeman reisde hij naar Afrika en Amerika, waar hij een deel van de stof vond voor zijn latere verhalen.
Hij bleek echter geen man om in de vreemde te kunnen aarden, hij werd door heimwee naar zijn geboortegrond teruggedreven. Hier begon hij te schrijven, avontuurlijke verhalen, waarin moed, eerlijkheid en trouw de boventoon voerden. Hij vond een uitgever en spoedig begon zich zijn roem te verspreiden. Zijn verhalen oogstten veel bewondering en werden in vele talen vertaald.
Nog waren de moeilijkheden echter niet ten einde. Afgunst verleidde sommigen hem te belasteren en in een proces dat twaalf jaar duurde, stelde hij zich teweer tegen de laster, die het gevolg was van de gebeurtenissen van een veertigtal jaren geleden.
Pas in zijn laatste levensjaren werden de schaduwen van het verleden weggevaagd. Hij was een welgesteld man geworden, die men achtte en vereerde. Want de jeugd verslond zijn boeken en ook vele volwassen mannen smulden van zijn verhalen. Heeft Karl May er zich onsterfelijkheid mee verworven? Wie zal het zeggen. Dat hij volgens ingewijden belangrijk heeft bijgedragen tot de kennis van de cultuur van Indiaanse volken maakt zijn werk tot meer dan een spannende avonturenreeks. En dat zijn naam nog altijd bekend is staat vast.
Intussen heeft men in vele landen de herdenking van zijn vijftigste sterfdag aangegrepen hem te gedenken als de grootste avonturenbeschrijver van alle tijden. En met een nieuwe uitgave van zijn boeken te komen, in de hoop dat hij niet geheel door het wetenschappelijke en technische toekomstverhaal is verdrongen.


[1]In De Vacature, 5 april 1962.
[2]Julius Hermann Scheunpflug (* 10 juli 1820 , † ?) was boekhouder bij de fabrieken van Claus en/of Solbrig in Altchemnitz en kamergenoot van Karl May; eigenaar van het uitgeleende zakhorloge en de meerschuimen pijp.
[3]Karl May werd niet na de kerstvakantie gearresteerd, maar op Eerste Kerstdag; dat gebeurde uiteraard niet in Dresden, zelfs niet in Chemnitz, maar in Hohenstein (of, volgens anderen in Ernstthal)!



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website