Vijf uur per week voor boek en krant

LEZEND NEDERLAND CRITISCH BEKEKEN

Katholieken lezen weinig, gereformeerden zeer veel


anoniem 1

(Van onze Haagse redactie)

DEN HAAG, juni. – Nederlanders zijn goede lezers van boeken en kranten. In 1954 behoorde Nederland tot de tien landen met de grootste boektitelproduktie van de wereld; op de 7000 inwoners telt ons land één boekwinkel. Begin 1953 waren er 12.160 bibliotheken, waaruit per jaar gemiddeld 60 miljoen boeken werden geleend, hetgeen neerkomt op 25 boeken per Nederlands gezin per jaar. De kranten hebben in Nederland een totaal oplage van 2.800.000, terwijl de weekbladen een oplage hebben van 4.000.000 exemplaren. De damesbladen staan met 2.000.000 ver aan de spits. Nu de vakanties beginnen en veel mensen op het punt staan er eens uit te vliegen met een boek hebben we uit een enquete van het Centraal Bureau voor de Statistiek naar de leesgewoonten in Nederland enkele opvallende gegevens gelicht.

De Jong en Dik Trom favoriet

De gemiddelde Nederlander leest vijf uur per week. Deze leestijd wordt voor bijna de helft aan het boek besteed. De krant wordt door de mannen drie uur per week gelezen en door de vrouwen een uur en twintig minuten. Hoe ouder de mensen worden des te langer ze in de krant lezen. Een feit is verder, dat een derde van het Nederlandse volk nooit een boek leest, terwijl 4 procent geen radio heeft en 5 procent nooit een krant leest. De gemiddelde Nederlander leest 17 boeken per jaar en de gemiddelde lezer één in de veertien dagen. Zeventien procent van de boekenlezers heeft geen enkel boek in eigen bezit.
Bij landarbeiders en boeren is het percentage niet-boekenlezers het grootst, namelijk 49 en 47 procent. Opvallend is, dat het grootste aantal boekenlezers onder gereformeerden voorkomt en het kleinste aantal onder katholieken. De verhouding is 84 tegen 63 procent.

Favorieten

Uit de enquete is gebleken, dat krachtdadige lectuur, zoals oorlogsromans, avonturen-, wild west- en detectiveverhalen het meest door mannen wordt gelezen en wel 2 á 3 maal zoveel als door vrouwen. Bij de dames genieten „gewone romans” van het type Courths Mahler, die romantisch en sentimenteel zijn, een opvallende belangstelling.
Tweederde van de boekenlezers haalt zijn hart op aan het gewone, goedvertelde verhaal, zeven procent leest stuiverromans van sentimentele aard, één procent leest litteraire humor. De meest geliefde auteur in Nederland is A. M. de Jong, die op een staartlengte wordt gevolgd door Anne de Vries, Antoon Coolen en Pearl Buck. Dan volgen Cronin, Hans Martin, Havank, Jan de Hartog, Piet Bakker, Jan Mens, A. den Doolaard en op de negentiende plaats Godfried Bomans.

Uiteenlopend

A. M. de Jong is favoriet bij alle milieugroepen, behalve de leidinggevende. Met name bij landarbeiders en boeren staat hij hoog aangeschreven. Dit is eveneens het geval met de streekromanschrijver Anne de Vries. Bij de landarbeiders zijn de werken van J. Visser Roozendaal zeer geliefd. Arbeiders noemen in hoge frequentie de auteurs Edward Multon en Max Brand, terwijl bij hun vrouwen Courths Mahler zeer in de smaak valt.
De loontrekkende middenstand heeft een voorkeur voor Pearl Buck, Antoon Coolen en A. J. Cronin, terwijl de risicodragende middenstand veel voelt voor Cronin en Hans Martin. Slechts de leidinggevenden vertonen een ander patroon. Arthur van Schendel is hier het meest populair. Havank wordt veel door leidinggevende mannen gelezen. Bij de vrouwen in deze kring is er veel belangstelling voor Coolen en Pearl Buck.

Lichte kost

De katholieken zijn geen beste lezers. Een kwart van de katholieke lezers bezit geen enkel boek, terwijl dit bij de onkerkelijken voor ongeveer 13 procent en voor de gereformeerden slechts voor 10 procent geldt. De katholieken lezen over het algemeen de lichtste kost, vooral detectives.
Beeldromans, zo is uit de enquete gebleken, worden het meest door onkerkelijken en katholieken bekeken. Dik Trom wordt als het verreweg meest gesignaleerde jeugdboek gesignaleerd. De rooms-katholieke jeugd heeft een sterke voorkeur voor Karl May, terwijl in gereformeerde kring opvallend weinig Karl May, maar veel werk van christelijke auteurs wordt gelezen. Door de jeugd worden ook boeken gelezen, die eigenlijk voor volwassenen zijn geschreven, zoals de Jongs Merijntje Gijzen, Bartje van Anne de Vries en Droomkoninkje van Herman Heyermans.

„Buitenlanders”

2 van Beecher Stowe en Karl May. Al deze auteurs komen op de lijst van de vfijtien Buitenlandse jeugdboeken van voor 1900 worden in Nederland zeer veel gelezen. Men denke slechts aan „Alleen op de wereld” van Hector Malot, de boeken van Jules Verne, „De negerhut van oom Tom” populairste jeugdboeken voor. 3

Het beroemde Pietje Bell komt bij de jeugd wat minder sterk aan bod dan vroeger het geval is geweest. Bij de jeugd bestaat er vooral in de leeftijd van 12 tot 15 jaar een grote belangstelling voor het boek. Niet alleen is het percentage lezers hoger dan bij de ouderen, maar ook het gemiddeld aantal per jaar gelezen boeken is veel aanzienlijker. De 12-14 jarigen lezen gemiddeld 40 boeken per jaar. Bij de 15 tot 17 jarigen loopt dit aantal terug tot gemiddeld 32 en na deze leeftijd treedt een sterke daling in.




Welke schrijvers

worden het

MEEST VERTAALD?

NEY WORK (Ass. Press) – Blijkens de jongste uitgave (de 10de) van de „Index Translationum” een lijst van vertaalde boeken, welke wordt gepubliceerd door de Unesco, zijn in 1957 in 65 landen 29.978 vertalingen verschenen in meer dan 200 talen, en is Wladimir L. Lenin méér vertaald dan welk andere schrijver ter wereld ook en Agatha Christie méér dan iedere andere Engelse schrijver, met uitzondering van William Shakespeare.

Uit de index blijkt, dat er 278 vertalingen zijn uitgegeven van de boeken van Lenin, de leider van de Russische revolutite van 1917. Van deze vertalingen verschenen er 185 in talen, die in de Sovjet Unie worden gesproken. De Franse romanschrijver Jules Verne was nummer 2 met 121 vertalingen en de Engelse dichter-toneelschrijver William Shakespeare kwam met 120 op de derde plaats.
Op hem volgden drie Russische romanschrijvers Leo Tolstoi met 94, Fedor Dostoyefsky met 82 en Maxim Gorki met 78.
Na hen kwam de Engelse schrijfster van detective-verhalen Agatha Christie, met 76 vertalingen, waarvan 19 in Japan en 15 in Spanje.
Op hen volgden de communistische theoreticus Friedrich Engels met 72 en de Franse schrijver van detective-verhalen, George Simenon en de Engelse romanschrijver W. Somerset Maugham, ieder met 67.
De beroemde medewerker van Engels, Karl Marx, bracht het niet verder dan 58 vertalingen.
Mark Twain was met 62 de meest vertaalde Amerikaanse schrijver. Ernest Hemingway was de tweede onder de Amerikanen met 57 en Jack Lonodon de derde met 54. In 1957 zijn slechts zeven vertalingen verschenen uit de werken van Sovjetpremier Jozef Stalin, die in 1953 is overleden en van deze zijn er slechts vier gepubliceerd inde Sovjetunie. In Rusland verscheen een 4





[1]In: Limburgs Dagblad, 15 juni 1959.
In: Eindhovens Dagblad, 6 juni 1959.
In vrijwel dezelfde bewoordingen was hetzelfde artikel, maar dan onder de titel „Vijf uur per week voor boek en krant • Katholieken lezen licht en weinig, gereformeerden serieus en zeer veel”, ook al op 4 juni 1959 gepubliceerd in het Dagblad voor Noord-Limburg en op 6 juni onder de vrijwel identieke titel „Vijf uur per week voor boek en krant • Katholieken lezen licht en weinig; Gereformeerden serieus en zeer veel” in het Eindhovens Dagblad. Beide laatsgenoemde artikelen overigens zonder de appendix over de wereldwijd meest vertaalde boeken van 1957.
[2]Er lijkt hier minstens één zin niet te zijn afgedrukt.
[3]Uitgerekend van deze alinea, voor ons veruit de interessantste, heeft de zetter een potje gemaakt.
[4]Tja, wat verscheen er in Rusland? Dit is het einde van de tekst in de krant, dus we zullen nooit te weten komen wat er in Rusland verscheen.



Terug naar de Nederlandstalige bibliografie.

Terug naar de Karl May-startpagina.

Terug naar de Apriana-startpagina.



Google
www op deze website