Een in Duitschland vertoevend gezelschap Indianen uit Dagota legde de vorige maand te Dresden een krans op het graf van Karl May, den
schrijver der nog steeds door onze jongens verslonden Indianen-boeken. — Karl Mays weduwe begroet het opperhoofd, dat met de traditie brak en zijn blanke zuster
niet de vredespijp aanbood.
[1] | In: De Indische Courant, 25 februari 1928. |